Een orgelbouwer heeft meestal drie wensen: voldoende inbouwhoogte, een geschikt vloeroppervlak en een mooie akoestiek. Tegenwoordig gaat het niet alleen om traditionele bouwmethoden, maar ook om het harmoniseren van muzikale en functionele doelstellingen. Het eindresultaat is een geluidsbeleving die zowel organisten als publiek in vervoering brengt.
Elke draai- en zwenkbeweging in het orgel en elk wrijvingspunt stelt hoge eisen aan het product en vereist een geschikte lagering. Baumgartner Orgelbau, een werkplaats voor historische muziekinstrumenten, is zich hier terdege van bewust. De specialist renoveert en reconstrueert orgels aan de ene kant, terwijl het aan de andere kant onderdelen voor de traditionele orgelbouw produceert en op maat gemaakte componenten en assemblages levert aan de feitelijke orgelbouwer. De referenties van het deskundige team variëren van het orgel in St Ludwig in Darmstadt tot de collegiale kerk in Stuttgart en de Walt Disney Concert Hall in Los Angeles.
Bij een nieuw project, een speeltafel, moesten na voltooiing tot 3.000 bussen en lagers in het instrument worden geïnstalleerd. De eisen aan de lagers zijn hoger dan je zou denken: Naast regen en directe UV-straling hebben alle milieu-invloeden die ook buiten voorkomen hier een effect. Daarbij komt nog het materiaal hout. In tegenstelling tot metaal of kunststof is hout een hydroscopisch materiaal. Het neemt vocht op en geeft het weer af. De opslagomgeving beweegt dus en stelt ons voor grote uitdagingen. Tegelijkertijd moet er een harde en nauwkeurige lagering worden gerealiseerd die geen nulspeling toelaat. En de geluidsontwikkeling moet ook geminimaliseerd worden door een smalle lagerspeling. Dit alles onder voortdurend wisselende omgevingscondities in de kerk. Want als een instrument volledig gedemonteerd moet worden vanwege corrosieschade, kunnen de kosten al snel in de tienduizenden euro's lopen.